Outils pour utilisateurs

Outils du site


transparencia:cadas:abelrgnbrucada:2017-08-03_gbelrgnbrucada_pce_182-17-advies:start

Advies 182

Transposition

Gewestelijke commissie voor de toegang tôt de bestuursdocumenten van het
Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Advies 182.17
Verzoek gesteund op artikel 20 van de ordonnance van 30 maart 1995 betreffende
de openbaarheid van bestuur
1. Voorwerp van de aanvraag en feitelijke voorafgaanden:
  *  
De NV POWER OIL heeft op 23 mei 2017 de Aankoopcentrale van de stad Brussel verzocht een mededeling in afschrift van de volgende documenten te bezorgen:
  *  
1. Bestelbonnen, (everbonnen en facturen voor de période 01/08/2015 tôt 31/07/2016 van de stad Brussel voor synthetische benzine voor tweetakt- en viertakt motoren,
2. Bestelbonnen, leverbonnen en facturen voor de période 01/08/2016 tôt 25/05/2017 van de stad Brussel voor synthetische benzine voor tweetakt- en viertakt motoren,
3. Bepaling in de milieuvergunning van de stad Brussel waaruit blijkt dat de opslag van het aantal jerrycans voor benzines voor tweetakt- en viertaktmotoren beperkt is.

Deze vraag werd gekoppeld aan een vraag tôt schadeloosstelling van de door deze firma geleden schade.

Het collège van burgemeester en schepenen van de stad Brussel heeft laten weten per brief, ontvangen op 29 juni, dat "Na onderzoek van uw klacht heeft het collège van burgemeester en schepenen beslist niet te kunnen ingaan op uw verzoek om een schadevergoeding te betalen".

Aangezien in voormelde brief geen woord gerept wordt over de vraag om openbaarmaking, wordt de vraag geacht te zijn afgewezen.

Bijgevolg verzoekt voormelde firma de commissie voor de toegang tôt de bestuursdocumenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (hierna: "de commissie") op 14 juli om advies.

2. Ontvankeliikheid van het verzoekschrift:
  *  
In haar verzoek om advies aan de commissie vermeldt de NV POWER OIL dat zij tegelijkertijd met haar verzoek om advies een verzoek tôt heroverweging heeft gericht aan het collège van burgemeester en schepenen van de stad Brussel, zoals art. 20 van de ordonnantie van 30 maart 1995 betreffende de openbaarheid van bestuur (hierna: "de ordonnance") voorschrijft. Het bewijs van verzending van het verzoek tôt heroverweging is echter niet gevoegd bij haar schrijven aan de commissie.

De commissie heeft de stad Brussel verzocht haar eventuele opmerkingen op de vraag om advies over te maken.

Per email van 31 juli werd volgende opmerking overgemaakt: "De gevraagde bestelbonnen & facturen zijn geen administratieve documenten maar commerciale documenten. Ze betreffen een andere leverancier (vorig dossier CDA/006401/DCH, 01/08/2015 tôt 31/07/2016) en bevatten elementen die onder het beroepsgeheim vallen".

l
Aangezien de stad de ontvankelijkheid van het verzoek om advies niet betwist, gaat de commissie er van uit dat aan voormelde voorwaarde is voldaan. Bijgevolg is voormeld verzoek om advies ontvankelijk.

3. De gegrondheid van de adviesaanvraaq
Artikel 32 van de Grondwet en de bepalingen van de ordonnance van 30 maart 1995 huldigen de principiële openbaarheid van aile informatie waarover een gewestelijke administratieve overheid beschikt. Slechts wanneer uitzonderingsgronden die in artikel 10 van deze ordonnance moeten of kunnen worden ingeroepen, kan de openbaarmaking worden geweigerd.

Krachtens artikel 8, eerste lid, van de ordonnance kan eenieder, volgens de voorwaarden bepaald in deze ordonnance, elk bestuursdocument van een gewestelijke administratieve overheid ter plaatse inzien, dienomtrent uitleg krijgeh en mededeling in afschrift ervan ontvangen.

Artikel 3, 2° van de ordonnantie omschrijft bestuursdocumenten als "a//e informatie, in welke vorm ook, waarover een administratieve overheid beschikt. Het gaat hierbij om aile beschikbare informatie: dossiers, omzendbrieven, contracten, vergunningen, enz. vallen hier bijgevolg onder.

Het feit dat de stad Brussel meent dat het om louter commerciële documenten zou gaan, wijzigt hier niets aan. De gevraagde documenten, met name de bestelbonnen, leverbonnen en facturen zijn bestuursdocumenten in de zin van art. 3, 2° van de ordonnantie.

De commissie wijst op de toepassing van de relatieve weigeringsgrond vervat in artikel 10, § 1, 7° van voornoemde ordonnantie.

Krachtens deze bepaling wijst de administratieve overheid de vraag om inzage, uitleg of mededeling in afschrift van een bestuursdocument af wanneer zij heeft vastgesteld dat het belang van de openbaarheid niet opweegt tegen het uit de aard van de zaak vertrouwelijke karakter van de ondernemings- en fabricagegegevens die aan de overheid zijn meegedeeld.

Er kan worden aangenomen dat bepaalde van bovenvermelde documenten eenheidsprijzen bevatten die bijgevolg niet kunnen worden meegedeeld gezien hun vertrouwelijk karakter. Echter, bij gebreke aan toegang tôt deze documenten, is de commissie niet in staat om een preciezer advies te formuleren.

De commissie wijst er op dat het aan de stad toekomt omstandig te motiveren waarom bepaalde informatie, al dan niet gedeeltelijk, aan openbaarmaking zou moeten worden onttrokken: inroepen dat het gaat om informatie die betrekking heeft op andere leverancier en die elementen bevat die onder het beroepsgeheim vallen, volstaat niet. Er moet in concreto en op pertinente wijze gemotiveerd worden waarom de ene of andere uitzonderingsgrond in voorkomend geval van toepassing is.

4. Advies:
  *  
Het verzoek om advies ingediend door de NV POWER OIL op 14 juli 2017 bij de commissie is ontvankelijk.

2
Een afschrift van de gevraagde documenten dient haar te worden overgemaakt, met dien verstande dat, indien bepaalde van deze documenten eenheidsprijzen bevatten die niet kunnen worden medegedeeld gelet op hun vertrouwelijk karakter, deze passages onleesbaar dienen te worden gemaakt en dat in principe de rest van de stukken niet aan openbaarmaking mogen worden onttrokken, tenzij een van de uitzonderingsgronden vervat in artikel 10 van de ordonnantie kan worden ingeroepen.

De commissie verleende haar advies op 3 augustus 2017 op verslag van mevr. L. Therry, waarop aanwezig waren, mevrouw V. Goret, de plaats vervangend Voorzitter, de dames L. Therry, C. Aerts en meneer S. Kôse, de plaats vervangend Secretaris.

De plaats vervangend Secretaris De plaats vervangend Voorzitter
3
transparencia/cadas/abelrgnbrucada/2017-08-03_gbelrgnbrucada_pce_182-17-advies/start.txt · Dernière modification : 2017/10/23 21:53 de 127.0.0.1