Source au format .pdf
Source au format .pdf après passage à la Roc

Gewestelijke commissie voor de toegang tôt de bestuursdocumenten van het
Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Advies 165.17
Verzoek gesteund op artikel 20 van de ordonnance van 30 maart 1995 betreffende
de openbaarheid van bestuur
1. Voorwerp van de aanvraag en feiteliike voorafqaanden:
  *  
Mevrouw Cieltje Van Achter heeft op 2 februari 2017 Minister-President Rudi Vervoort verzocht haar een afschrift te bezorgen van een aantal bestuursdocumenten, met name van de nota over het Masterplan E40 en van het Masterplan E40 zelf waarover op 19 januari 2017 een beslissing is genomen doorde Brusselse Hoofdstedelijke Regering.

Aangezien zij tôt op heden nog geen antwoord mocht ontvangen, verzoekt zij de commissie voor de toegang tôt de bestuursdocumenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (hierna: "de commissie") op 13 maart om advies.

2. Ontvankeliikheid van het beroepschrift:
  *  
In haar verzoek om advies aan de commissie vermeldt Mevrouw Van Achter dat zij tegelijkertijd met haar verzoek om advies een verzoek tôt heroverweging heeft gericht aan de Minister-President, zoals art. 20 van de ordonnantie van 30 maart 1995 betreffende de openbaarheid van bestuur (hierna: "de ordonnantie") voorschrijft. Het bewijs van verzending van het verzoek tôt heroverweging is echter niet gevoegd bij haar schrijven aan de commissie.

Aangezien de Minister-President niet heeft gereageerd op het verzoek van de commissie zijn eventuele opmerkingen over te maken, gaat de commissie er van uit dat aan voormelde voorwaarde is voldaan. De commissie acht dan ook te dezen de ordonnantie van 30 maart 1995 toepasselijk en bijgevolg voormeld verzoek om advies ontvankelijk
3. De qeqrondheid van de adviesaanvraag
Het Masterplan E40 alsook de begeleidende nota waarop voorliggende vraag tôt openbaarmaking betrekking heeft, zijn bestuursdocumenten in de zin van art. 3, 2° van de ordonnantie.

Het recht op toegang tôt bestuursdocumenten wordt gewaarborgd aan elke persoon en dit onder voorbehoud van de beperkingen Vastgesteld in artikel 10 van de ordonnantie.

Voor wat betreft het Masterplan E40 zelf, lijkt in voorliggend geval, geen enkele uitzonderingsgrond van toepassing te zijn, zodat in principe een afschrift van het gevraagde plan gegeven dient te worden.

1
De commissie wijst in dit kader op artikel 13 van de ordonnance dat stelt dat "Wanneer de vraag om openbaarheid betrekking heeft op een bestuursdocument van een gewestelijke administratieve overheid waarin een auteursrechtelijk beschermd werk is opgenomen, is de toestemming van de maker of van de persoon aan wie de rechten van deze zijn overgegaan niet vereist om ter plaatse image van het document te verlenen of uitleg erover te verstrekken. Een mededeling in afschrift van een auteursrechtelijk beschermd werk is enkel toegestaan met de voorafgaande toestemming van de maker of van de persoon aan wie de rechten van deze zijn overgegaan. (...)"
Voor wat betreft de nota over het Masterplan E40, dient er op gewezen te worden, dat indien de voorbereidende nota bedoeld wordt die dienstig is voor de Ministerraad, de Minister-President de vraag om mededeling in afschrift af zal wijzen wanneer de openbaarmaking van het document afbreuk doet aan het geheim van de beraadslagingen van de Regering (artikel 10, § 2, 3° van de ordonnance).

4. Advies:
  *  
Het verzoek om advies ingediend door Mevrouw Cieltje Van Achter op 13 maart 2017 bij de commissie is ontvankelijk.

Een afschrift van het Masterplan E40 dient haar te worden overgemaakt, met dien verstande dat, indien dit plan auteursrechtelijk zou zijn beschermd, voorafgaandelijk het akkoord van de houder(s) van het auteursrecht verkregen wordt.

Indien met de nota over het Masterplan E40 de voorbereidende nota bedoeld wordt die dienstig is voor de Ministerraad, zal de Minister-President het verzoek om mededeling in afschrift afwijzen wanneer de openbaarmaking van het document afbreuk doet aan het geheim van de beraadslagingen van de Regering.

De commissie verleende haar advies op 3 april 2017 op verslag van mevr. L. Thierry, waarop aanwezig waren, mevr. L. Therry, Voorzitter, mevr. C Aerts en mijnheer F. Eggermont, en M.-A. t'Kint, secretaris.

De Secretaris M.-A. t'KINT
De voorzitter
L. THERRY
2