Outils pour utilisateurs

Outils du site


transparencia:cadas:abelrgnbrucada:2012-11-30_abelbrucada_avis-066-12:start

Avis 066-12

Transposition

GEWESTELIJKE COMMISSIE VOOR DE TOEGANG TOT DE BESTUURSDOCUMENTEN VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST
Advies nr. 066/12
Inzake:\\
Peter Lemmens, wonende te Wolfstraat 1,2870 Puurs. Tegen:\\
Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, vertegenwoordigd door de Minister-President de heer Charles Picqué
Qverzicht van de feiten:\\
1. Uit de brief van 30 mei 2012 van de Vice-gouverneur aan de verzoeker, de heer Peter Lemmens, kan afgeleid worden dat deze zich bij e-mail van 26 mei 2012 gericht heeft tôt de Vice-gouverneur van het Administratief Arrondissement Brussel-Hoofdstad met de vraag in het bezit te worden gesteld van de jaarverslagen van de Vice-gouverneur voor de jaren 2009, 2010 en 2011 in verband met de taalwetgeving.

2. Op 30 mei ontving hij het volgende antwoord van de vice-gouverneur:\\
" Uw mailbericht van 26 mei 2012, waarbij U vraagt in het bezit gesteld te worden van de jaarverslagen van de Vice-gouverneur voor de jaren 2009, 2010 en 2011, kwam goed in mijn bezit.

Op grand van artikel 7 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tôt hervorming der instellingen is het gewoon administratief toezicht op de gemeentebesturen toeverprouwd aan de Gewesten.

Het toezicht op de naleving van de bestuurstaalwetten in de gemeenten en OCMW's behoort aldus tôt de bevoegdheid van de Brusselse Regering en het Verenigd Collège van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie.

Ingevolge de Wet van 13 juli 2001, houdende overdracht van bevoegdheden aan de Gemeenschappen en Gewesten, is de Vice-gouverneur van het Administratief Arrondissement
1
Brussel-Hoofdstad overgeheveld naar het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en ressorteert hij sinds 1 januari 2002 als Regeringscommissaris onder de Regering van dit Gewest.

Volgens het advies van 23 februari 2006, van de Gewestelijke Commissie voor de toegang tôt bestuursdocumenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest over de openbaarheid van bestuur, is de Brusselse Regering de opdrachtgever, de adressaat en de eigenaar van het rapport van de Vice-gouverneur.

Om deze rapporten te verkrijgen dient U zich bijgevolg te wenden tôt de Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, bevoegd voor de Lokale Besturen."
Op 16 juni 2012 werd door de verzoeker volgende e-mail gericht tôt het kabinet van de Minister-President van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest:\\
" Is het mogelijk mij in het kader van de openbaarheid van bestuur het jaarverslag van de Vice-gouverneur aan de Brusselse regering in verband met de toepassing van de taalwetgeving voor de jaren 2009, 2010 en 2011 te bezorgen, zo mogelijk digitaal ? "
Op 6 juli 2012 werd door de verzoeker een herinneringsschrijven gestuurd aan de Minister-President van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Op 8 augustus 2012 richtte de verzoeker zich tôt de Gewestelijke Commissie voor de Toegang tôt Bestuursdocumenten in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (hierna, de Commissie genoemd) om advies:\\
" Ingevolge een brief van de Vice-gouverneur van Brussel stuurde ik op 16 juni een mail naar het kabinet van minister-president Picqué met verzoek mij via elektronische weg kopie te bezorgen van de rapporten van de Vice-gouverneur aan de Brusselse regering in verband met de toepassing van de taalwetgeving.

Bij gebrek aan enige reactie hierop, stuurde ik op 6 juli een herinneringsmail. Ook hierop kwam geen enkele reactie.

Derhalve wens ik deze zaak bij uw commissie aanhangig te maken en verzoek ik u zich hierover uit te spreken. "
Bij advies 064/12 van 26 september 2012 heeft de Commissie het verzoek om advies als niet ontvankelijk afgewezen. De Commissie oordeelde dat niet voldaan was aan de vereiste van de gelijktijdigheid van het verzoek tôt heroverweging en het verzoek om advies, zoals opgelegd door artikel 20 van de Ordonnantie van 30 maart 1995 betreffende de openbaarheid van bestuur. De Commissie merkte evenwel op dat het gevraagde rapport, indien het bestaat, een document is dat onder de openbaarheid van bestuur valt.

7. Bij e-mail van 13 oktober 2012 heeft de verzoeker een hernieuWd verzoek tôt openbaarheid gericht aan het kabinet van Minister-President van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest:\\
"Ik kreeg nog aîtijd geen reactie op mijn onderstaande vraag. Ik heb intussen klacht ingediend bij de Commissie voor de toegang tôt bestuursdocumenten. In haar advies van 26 september 2012 verklaart deze mijn klacht op wel zeer formele gronden weliswaar onontvankelijk, maar laatzij wel duidelijk verstaan dat mijn klacht volkomen gegrond is. "De Commissie merkt wel op dat het gevraagde rapport, indien het bestaat, een document is dat onder de openbaarheid van bestuur valt", zo stelt zij in haar advies.

Mag ik u derhalve nogmaals verzoeken mij de gevraagde jaarverslagen binnen de week te willen bezorgen, zo mogelijk via elektronische weg op dit adres. "
8. De Minister-President van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft niet geantwoord op voormeld verzoek van 13 oktober 2012 binnen de wettelijke. voorgeschreven teimijn van dertig dagen, waàrdoor het verzoek overeenkomstig artikel 12 van de Ordonnantie van 30 maart 1995 geacht wordt te zijn geweigerd.

9. Verzoeker heeft op 14 november 2012 een verzoek tôt heroverweging gericht aan de betrokken gewestelijke administratieve overheid. Op dezelfde datum richt verzoeker een verzoek om advies aan de Commissie.

Voorwerp van het verzoek:\\
Uit het voorgaande yolgt dat de verzoeker aan het kabinet van de Minister-President van het Brussels-Hoofdstedelijk Gewest opnieuw om een (digitaal) afschrift verzoekt van de jaarverslagen van de Vice-gouverneur in verband met de toepassing van de taalwetgeving voor wat de jaren 2009, 2010 en 2011 betreft.

Ondcrzoek van het verzoek om advies:\\
1. De ontvankelijkheid van het verzoek om advies
De Commissie verwijst naar haar vorig advies nr. 064/12 van 26 september 2012 waarin zij heeft geoordeeld dat de verzoeker niet gelijktijdig een verzoek tôt heroverweging bij de betrokken gewestelijke administratieve overheid evenals de Commissie heeft gevraagd om advies uit te brengen.

De Commissie was dan ook van oordeel dat de adviesaanvraag als onontvankelijk moest worden afgewezen op grond van artikel 20 van de Ordonnantie van 30 maart 1995, aangezien de Commissie slechts bevoegd is om adviezen uit te brengen wanneer de vraag om een advies gekoppeld is aan het gelijktijdig indienen van een verzoek tôt heroverweging bij de betrokken gewestelijke administratie.

3
De Commissie stelt vast dat verzoeker met huidige adviesaanvraag geacht kan worden wel de procédure zoals neergelegd in artikel 20 van de Ordonnance, te hebben gevolgd.

Irnmers, de verzoeker heeft op 13 oktober 2012 een hernieuwd verzoek tôt openbaarheid gericht aan de Minister-President van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

De Minister-President van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft niet geantwoord op het verzoek van 13 oktober 2012 binnen de wettelijke voorgeschreven termijn van dertig dagen, waardoor het verzoek overeenkomstig artikel 12 van de Ordonnantie van 30 maart 1995 geacht wordt te zijn geweigerd.

Vervolgens heeft verzoeker, op 14 november 2012, een verzoek tôt heroverweging gericht aan de betrokken gewestelijke administratieve overheid, maar tevens op dezelfde datum een verzoek om advies gevraagd bij deze Commissie.

De Commissie stelt vast dat de aanvraag van verzoeker tôt het bekomen van de gevraagde informatie ontvankelijk is overeenkomstig de vereisten opgesomd in artikel 9 van de Ordonnantie.

2. De gegrondheid van de adviesaanvraag
Artikel 32 van de Grondwet en artikel 8 van de Ordonnantie van 30 maart 1995 betreffende de openbaarheid van bestuur huldigen de principiële openbaarheid van aile bestuursdocumenten. Overeenkomstig artikel 8 van de Ordonnantie van 30 maart 1995 heeft eenieder het recht elk bestuursdocument te raadplegen, er uitleg over en afschrift van te krijgen, behoudens de gevallen waarin de wet voorziet dat één of meer uitzonderingen kunnen of moeten worden ingeroepen.

De Commissie wenst er op te wijzen dat de Ordonnantie van 30 maart 1995 betreffende de openbaarheid van bestuur een recht van toegang tôt "bestuursdocumenten" toekent. Een "bestuursdocument" is "aile informatie, in welke vorm ook, waarover een administratieve overheid beschikt". Het recht van toegang geldt enkel voor bestaande bestuursdocumenten en dwingt de betrokken gewestelijke administratieve overheid niet tôt het tôt stand brengen van nog niet bestaande documenten.

De Commissie heeft in zijn advies 064/12 reeds opgemerkt dat de gevraagde rapporten, indien ze bestaan, bestuursdocumenten zijn die onder de openbaarheid van bestuur vallen.

De Commissie ziet - voor zover de hoger omschreven documenten bestaan en voor zover zij dit heeft kunnen nagaan zonder kennis te hebben van de bestuursdocumenten - geen juridische grondslag om de toegang tôt de gevraagde bestuursdocumenten te weigeren.

Besluit:\\
De adviesaanvraag van de heer P. Lemmens van 14 november 2012 gericht aan de voorzitter van de Gewestelijke Commissie voor de toegang tôt bestuursdocumenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is gegrond.

De verslagen van de Vice-gouverneur, indien deze bestaan, moeten aan de verzoeker bezorgd worden.

De Commissie verleende haar advies op 30 november 2012 waarop aanwezig waren, de dames en heren M. Leroy, Voorzitter, K. Leus (verslaggever), E.Willemart, V. Goret en K. Maerten, secretaris.

transparencia/cadas/abelrgnbrucada/2012-11-30_abelbrucada_avis-066-12/start.txt · Dernière modification : 2017/10/20 02:14 de 90.86.158.26