transparencia:cadas:abelrgnbrucada:2005-11-03_abelbrucada_decision-022-05:start
Decision 022-05
Transposition
GEWESTELIJKE COMMISSIE VOOR DE TOEGANG TOT DE BESTUURSDOCUMENTEN VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST Beslissing toepassing van artikel 20bis van de ordonnantie van 30 maart 1995 betreffende de openbaarheid van bestuur. Inzake: De heer Renaat Van Rompaey PhD Noordkriekenstraat 37 1180 Ukkel Tegen: Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen waarvan de maatschappelijke zeteî gevestigd is te 1060 Brussel, Hallepoortlaan 40 Àanhangigmakins: en onderwerp van het beroep: Met verwijzing naar de artikelen 3, 2°, b en c, 3, 3°, en 4 van de ordonnantie van 18 maart 2004 inzake toegang tôt milieu-informatie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest werd bij brief van 15 juli 2005 gericht aan de Directie NMBS, Frankrijkstraat 85 te 1070 Brussel mededeling gevraagd op CDROM van de aanvragen, plannen en milieueffectenr apport en van de diverse GEN-projecten. De bedoelde documenten worden als volgt gedetailleerd: "Op grond van deze ordonnantie en de vergelijkbare decreten in de andere gewesten, vraag ik u om milieu-informatie over het GEN-project, in het bijzonder de volgende documenten: 1. De aanvragen voor stedenbouwkundig vergunning en voor bouwvergunning voor onderstaande werken in het kader van het GEN. 2. De DXF bestanden (plannen) met de huidige en toekomstige situatie langs de lijnen betrokken bij het GEN. 3. De huidige exploitatiescenario's en die voorzien in 2012. opgesteld door NMBS Exploitatie. 4. Milieueffectenstudie - GEN-project - Watermaal-Schuman-Josafat lîjn 161 en de tunnel. 1 5. Milieueffectenstudie - GEN-project - Uitbreiding tôt 4 sporen van lijn 161 in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. 6. Milieueffectenstudie (december 2003)GEN-project - Uitbreiding tôt 4 sporen van lijn 161 tussen Watermaal en Ottignies/LLN (Waals Gewest) 7. Milieueffectenstudie (mei 2004)GEN-project - Uitbreiding tôt 4 sporen van lijn 124 in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. 8. Milieueffectenstudie (2005)GEN-project - Uitbreiding tôt 4 sporen van lijn 124 in de gemeenten Nivelles, Waterloo, Eigenbrakel (Waals Gewest) 9. Milieueffectenrapport (18 maart 2005)GEN-project - Aanleg van een 3e en 4e spoor en verhogen van de snelheid op lijn 50 A op het grondgebied van de gemeenten Dilbeek en Ternat (Vlaanderen) 10. Milieueffectenrapport - GEN-project - Aanleg van een 3 e en 4e spoor en verhogen van de snelheid op lijn 124 op het grondgebied van de gemeenten Linkebeek en Sint-Genesius-RodeDilbeek en Ternat (Vlaanderen). 11. Milieueffectenrapport - GEN-project - Aanleg van een 3e en 4e spoor en verhogen van de snelheid op lijn 50 A op het grondgebied van de gemeente Anderlecht (Brussels Hoofdstedelijk Gewest)" Bij brief van 12 oktober 2005 gericht aan de Secretaris van de Gewestelijke Commissie voor de toegang tôt bestuursdocumenten wordt deze laatste verzocht het nodige te doen opdat er toegang tôt de gewenste informatie in het gewenste formaat zou verkregen worden. Het niet antwoorden van de NMBS binnen een termijn van twee maanden wordt beschouwd als een weigering waartegen er beroep bij de Gewestelijke Commissie voor de toegang tôt de bestuursdocumenten kan ingesteld worden. Procédure van toepassins op het ingediende beroep. In de brief van 15 juli 2005 wordt de toepassing gevraagd van de ordonnantie van 18 maart 2004 inzake toegang tôt milieu-informatie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De beslissing in beroep dient derhalve genomen te worden overeenkomstig artikel 20bis van de ordonnantie van 30 maart 1995 betreffende de openbaarheid van bestuur dat bepaalt: "Art. 20bis. De Commissie spreekt zich uit over de beroepen die worden ingesteld krachtens artikel 15 van de ordonnantie van 18 maart 2004 inzake toegang tôt milieu-informatie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest binnen een termijn van dertig dagen te tellen vanaf de eerste werkdag na ontvangst van het beroep bij aangetekende zending. Bij ontstentenis van een beslissing binnen de voorgeschreven termijn, wordt de toegang geacht te zijn geweigerd. Wanneer de Commissie zich uitspreekt over beroepen als bedoeld in het eerste lid, telt ze minstens één îid van het Brussels Instituut voor Milieubeheer. De Commissie brengt haar met redenen omklede en gedagtekende beslissing met betrekking tôt het beroep binnen 15 dagen na datum waarop de beslissing diende te worden genomen ter kennis van de bestuursoverheid en de aanvrager. Bij ontstentenis van een kennisgeving binnen de voorg es chreven termijn, wordt de Commissie geacht het beroep te hebben verworpen." 9 Samenstelling van de Commissie: Gelet op het tweede lid van artikel 20bis van de ordonnantie van 30 maart 1995 moet de Commissie minstens één lid van het Brussels Instituut voor Milieubeheer tellen. Zoals blijkt uit de aanwezigheidslijst onderaan huidige beslissing is mevrouw V. GORET, ambtenaar bij het Brussels Instituut voor Milieubeheer, aanwezig. De Commissie stelt vast dat zij derhalve op een geldige manier is samengesteld en dierwegen naar recht kan beslissen. Naleving van de termijnen: Artikel 15, lid 2, van de ordonnantie van 18 maart 2004 inzake toegang tôt milieu-informatie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bepaalt dat het beroep bij aangetekende brief moet worden ingesteld binnen twee maanden na de beslissing tôt weigering van de overheidsinstantie of binnen twee maanden na het verstrijken van de in artikel 8 bedoelde termijnen. De in artikel 8 bedoelde termijnen bedragen één maand of twee maanden voor zover binnen de eerste maand een verlenging met één maand en de redenen daarvoor ter kennis werden gesteld van de verzoeker. Bij brief van 15 juli 2005 werd het verzoek toegestuurd; bij brief van 12 oktober 2005 werd beroep ingesteld. De voorgeschreven termijnen werden aldus nageleefd. Bevoegdheid van de Gewestelijke Commissie voor de toegang tôt de bestuursdocumenten, Krachtens artikel 4 van de ingeroepen ordonnantie wordt de toegang tôt milieu-informatie gewaarborgd aan elke persoon, zonder dat deze daarvoor een belang dient aan te voeren, van de milieu-informatie die door of voor een overheid wordt beheerd. De overheidsinstantie wordt bij artikel 3, 3°, van de ordonnantie van 18 maart 2004 als volgt gedefinieerd: "3° overheidsinstantie: a) de administratieve overheid zoals bedoeld in artikel 14 van de gecoôrdineerde wetten op de Raad van State en die ressorteert onder het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de gemeenten en de intercommunales waarvan het ambtsgebied beperkt blijft tôt het grondgebied van het Gewest, alsmede de gemeentelijke en gewestelijke adviesorganen; b) iedere naruurlijke en rechtspersoon die openbare bestuursfuncties uitoefent, met inbegrip van specifïeke taken, activiteiten of diensten met betrekking tôt het milieu; c) elke natuurlijke of rechtspersoon die onder toezicht van een orgaan of persoon als bedoeld onder a) of b) belast is met openbare verantwoordelijkheden of functies, of openbare diensten met betrekking tôt het milieu verleent." Artikel 3, 4° en 5° van dezelfde ordonnantie defîniëren de informatie: " 4° informatie die door een overheidsinstantie wordt beheerd : milieu-informatie in het bezit van een overheidsinstantie die zij heeft ontvangen of opgesteld. Behalve indien de informatie kennelijk geen betrekking heeft op de uitoefening van de functie van de betrokkene, is een gegeven in het bezit van een personeelslid van een overheidsinstantie of van een lid van een collégiale instantie die een overheidsinstantie vormt, een gegeven dat door een overheidsinstantie wordt beheerd in de zin van deze ordonnantie; 5° informatie die voor een overheidsinstantie wordt beheerd : milieu-informatie die in feite in opdracht van een overheidsinstantie door een natuurlijke of rechtspersoon wordt beheerd;" Het verzoek om toegang te krijgen tôt de in de brief van 15 juli 2005 opgesomde documenten werd gericht aan de Directie NMBS, Frankrijkstraat 85 te 1070 Brussel. Er dient nagegaan te worden of de Gewestelijke Commissie voor de toegang tôt de bestuursdocumenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ten deze bevoegd is. Teneinde dit te bepalen dient in eerste instantie nagegaan te worden of de-Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen voor de toepassing van de ordonnantie kan beschouwd worden als een overheidsinstantie in de bepaling die deze ordonnantie eraan geeft Er weze opgemerkt dat de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen haar structuren gewijzigd heeft op 1 januari 2005. Een holdingmaatschappij "NMBS-holding" werd opgericht. Zij heeft twee dochters, ni. de inixastructuurbeheerder "Inrrabel" en de exploitant "NMBS". Deze werden opgericht als autonome overheidsbedrijven. Bij koninklijk besluit van 18 oktober 2004, met uitwerking op 1 januari 2005, werden de NMBS-holding, Infrabel en de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen opgenomen in artikel 1, § 4, 2°, van de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven. Bij koninklijke besluiten van 5 juli 2005 werden de beheerscontracten gesloten tussen de Staat en de drie opgerichte naamloze vennootschappen van publiek recht goedgekeurd. De Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen ressorteert niet onder het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Weliswaar is de NMBS een overheidsbedrijf dat een activiteit uitoefent die zekere gevolgen voor het milieu kan hebben: het uitbaten van spoorwegen is immers van aard om bepaalde milieuhinder, met name geluidshinder, te veroorzaken, en de aanleg of de uitbreiding van spoorwegen wijzigt de bestemming van de daartoe gebruikte grondpercelen. Derhalve zou een letterlijke interpretatie van artikel 3, 3°, b, van de ordonnantie haar kunnen rangschikken onder de rechtspersonen die een activiteit in verband met het milieu uitoefenen. Deze overweging kan niet van aard zijn om de Commissie ertoe te bewegen zich bevoegd te verklaren: de Commissie is immers een orgaan van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, die 4 door de wetgevende macht van dit Gewest is opgericht, en zij kan geen ruimere bevoegdheden uitoefenen dan het Gewest zelf. Zoals zoeven is uiteengezet, is de NMBS een naamloze vennootschap van publiek recht die van de fédérale overheid afhangt, en waaromtrent het Gewest onbevoegd is. Uit deze vaststellingen vloeit voort dat het onderzoek van de aanvraag hierbij moet afgesloten worden. Derhalve moet geconcludeerd worden dat de Gewestelijke Commissie voor de toegang tôt de bestuursdocumenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest niet bevoegd is om over de vraag gericht aan de NMBS een uitspraak te doen. Het beroep moet dienvolgens verworpen worden. Beslissing: Het beroep wordt verworpen. Aldus beslist door de Gewestelijke Commissie voor de toegang tôt de bestuursdocumenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest op de vergadering van 3 november 2005 in aanwezigheid van: - de heer M. Leroy, Voorzitter; de heer F. Gosselin, - de heer M. Artiges, de heer G. Demeulemeester, mevrouw K. Leus, - mevrouw V. Goret, - de heer K. De Mesmaeker, secretaris, De Secretaris, De Voorzitter, K. De Mesmaeker. 5
transparencia/cadas/abelrgnbrucada/2005-11-03_abelbrucada_decision-022-05/start.txt · Dernière modification : 2017/10/20 02:14 de 90.86.158.26