Date: 20/12/2016

• Source: https://www.ibz.rrn.fgov.be/fr/commissions/publicite-de-ladministration/avis/2016/ADVIES-2016-133.pdf
• Copie locale: advies-2016-133.pdf

Commissie voor de toegang tot en het
hergebruik van bestuursdocumenten

      Afdeling openbaarheid van bestuur




                   20 december 2016




                ADVIES 2016-133

   met betrekking tot de weigering om toegang te
verlenen tot documenten over slachtoffers als gevolg
  van de Belgische wapeninzet tijdens de operatie
                  “Desert Falcon”
                    (CTB/2016/131)
                                                                       2

1. Een overzicht

1.1. Bij brief van 20 oktober 2016 vraagt mevrouw X, namens
Vredesactie, om een kopie -bij voorkeur op digitale wijze – van
documenten die volgende informatie bevatten:
    - de controle op slachtoffers ten gevolg van de Belgische wapeninzet
       tijdens operatie Desert Falcon in Irak en Syrië;
    - de evaluatie van het aantal en de hoedanigheid van de slachtoffers
       ten gevolge van de Belgische wapeninzet tijdens deze operatie.

1.2. Bij brief van 23 november 2016 laat het Ministerie van
Landsverdediging de aanvraagster weten dat er geen documenten
beschikbaar zijn betreffende slachtoffers van Belgische aanslagen gezien
het feit dat er nog geen ‘collateral damage’ (nevenschade) heeft plaats
gevonden.

1.3. Omdat zij het niet eens is met dit standpunt vraagt mevrouw X bij
brief van 13 december 2016 dat het Ministerie van Landsverdediging
haar verzoek zou heroverwegen. Zij voert aan dat “het feit dat er nog
geen ‘collateral damage’ (nevenschade) heeft plaatsgevonden”, het
bestaan van een controle op slachtoffers bij Belgische acties
veronderstelt. Ze preciseert dat onder slachtoffers moet worden
begrepen (doden/gewonden) en onder hoedanigheid (strijdende
partij/burger). Bij mail van dezelfde dag verzoekt zij de Commissie voor
de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten, afdeling
openbaarheid van bestuur, hierna Commissie genoemd, om een advies.

   2.   De ontvankelijkheid van de adviesaanvraag

De Commissie is van mening dat de adviesaanvraag ontvankelijk is. Het
verzoek tot heroverweging aan het Ministerie van Landsverdediging en
het verzoek om advies aan de Commissie werden tegelijkertijd ingediend
zoals artikel 8, § 2 van de wet van 11 april 1994 voorschrijft.

   3. De gegrondheid van de adviesaanvraag

Artikel 32 van de Grondwet en de wet van 11 april 1994 betreffende de
openbaarheid van bestuur huldigen principieel het recht van toegang tot
alle bestuursdocumenten. De toegang tot bestuursdocumenten kan
slechts worden geweigerd wanneer het belang ontbreekt voor de toegang
                                                                       3

tot een document van persoonlijke aard en wanneer één of meer
uitzonderingsgronden kunnen of moeten worden ingeroepen die zich
bevinden in artikel 6 van de wet van 11 april 1994 en dit inroepen in
concreto en op pertinente wijze kan worden gemotiveerd. Slechts
uitzonderingsgronden die bij wet zijn opgelegd kunnen worden
ingeroepen en bovendien geldt dat ze beperkend geïnterpreteerd moeten
worden (Arbitragehof, arrest nr. 17/97 van 25 maart 1997, overweging
B.2.1 en 2.2 en Arbitragehof, arrest nr. 150/2004 van 15 september 2004,
overweging B.3.2).

De Commissie stelt vast dat het Ministerie van Landsverdediging inroept
dat de gevraagde documenten niet bestaan. Het recht van toegang tot
bestuursdocumenten bestaat slechts in zover de gevraagde
bestuursdocumenten bestaan. Uit het feit dat er nog geen collateral
damage heeft plaatsgevonden, kan niet worden afgeleid dat er een
bestuursdocument in het bezit van het Ministerie aanwezig is dat de
gevraagde informatie bevat en dit met vermelding van de aard van de
slachtoffers en van hun hoedanigheid, noch dat er geen dergelijke
documenten zouden bestaan waarin eventueel partieel toegemoet komt
aan de aanvraag.

De Commissie kan dan ook slechts besluiten dat het verzoek om advies
ongegrond is voor zover zou blijken dat de gevraagde informatie niet
geheel of gedeeltelijk in een bestuursdocument aanwezig is.


Brussel, 20 december 2016.




   F. SCHRAM                                            M. BAGUET
   secretaris                                           voorzitster