Outils pour utilisateurs

Outils du site


transparencia:cadas:abelfedcadapub:advies-2012-60:start

Cadas > Cada fédérale > Publicité de l'administration > Avis

Advies 60

Met betrekking tot de toegang tot de documenten uit het strafdossier opgenomen in het fiscaal dossier

Transposition

Commissie voor de toegang tot en het
hergebruik van bestuursdocumenten

      Afdeling openbaarheid van bestuur




                   13 augustus 2012




                 ADVIES 2012-60

met betrekking tot de toegang tot de documenten uit
 het strafdossier opgenomen in het fiscaal dossier
                    (CTB/2012/54)
                                                                            2

   1. Een overzicht

Bij brief van 18 mei 2012 verzoekt de heer Michel Maus, namens zijn
cliënt de NV Advanced Technology Compagy (ATC) aan de FOD
Financiën om toegang tot het volledige strafdossier dat deel uitmaakt van
het fiscaal dossier dat werd aangelegd tegen de NV ATC.

Bij brief van 21 mei werd het verzoek van de NV ATC ingewilligd. Op 25
juni 2012 vond de inzage van het fiscaal dossier plaats, maar beperkte de
fiscale administratie de inzage in het strafdossier tot de door haar
geselecteerde stukken.

Omdat de aanvrager het niet eens is met deze beperking van zijn
inzagerecht, dient hij bij brief van 13 juli 2012 een verzoek tot
heroverweging in bij de FOD Financiën. Diezelfde dag vraagt hij bij brief
de Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van
bestuursdocumenten, afdeling openbaarheid van bestuur, hierna
Commissie genoemd, om een advies.

   2. Ontvankelijkheid

De Commissie stelt vast dat de aanvrager heeft voldaan aan de wettelijke
vereiste van de gelijktijdigheid van het indienen van het verzoek tot
heroverweging aan de FOD Financiën en het verzoek om advies aan de
Commissie. Zelfs al zouden zich in het strafdossier documenten van
persoonlijke aard bevinden, dan nog heeft de aanvrager het vereiste
belang voor zover die informatie betrekking heeft op zijn eigen
belastingtoestand. Voor zover dit laatste niet het geval is, toont hij echter
niet het vereiste belang aan en is zijn verzoek om toegang tot die
informatie niet ontvankelijk.

   3. Gegrondheid

De Commissie stelt vast dat de FOD Financiën de toegang heeft
geweigerd zonder te motiveren waarom hij geen inzage in het
strafdossier kan verlenen, dat hij met toestemming van de advocaat-
generaal op 5 januari 2011 heeft kunnen inzien en kopiëren. Artikel 32
van de Grondwet en de wet van 11 april 1994 gaan echter uit van de
principiële openbaarheid van alle bestuursdocumenten. Uit de
rechtspraak van de Raad van State blijkt dat ook kopies die de
                                                                               3

administratie heeft genomen met toestemming van de bevoegde
rechterlijke instantie als bestuursdocumenten moeten worden
beschouwd. Uitzonderingen op de openbaarmaking kunnen in dat geval
slechts op grond van de artikel 6 van de wet van 11 april 1994 worden
verantwoord voor zover het inroepen ervan ook in concreto en op
pertinente wijze wordt gemotiveerd.

Het feit dat de FOD Financiën in het bezit is van een kopie van het
strafdossier, betekent niet automatisch dat het openbaar is. Het is immers
mogelijk dat er uitzonderingsgronden moeten of kunnen worden
ingeroepen die de openbaarmaking in de weg staan. De Commissie denkt
hierbij in het bijzonder aan de aanwezigheid van informatie van derden
in het dossier waarop eventueel de uitzonderingsgrond van artikel 6, § 2,
2°, van artikel 6, § 2, 1°, van artikel 6, § 1, 8° of van artikel 6, § 3, 2° van
de wet van 11 april 1994 van toepassing kan zijn. De Commissie wenst er
de FOD Financiën wel op te wijzen dat elk van die uitzonderingsgronden
slechts onder specifieke voorwaarden moeten of kunnen worden
ingeroepen en dat het inroepen ervan steeds in concreto moet worden
gemotiveerd.

De Commissie wenst ook specifiek te wijzen op artikel 6, § 1, 5° van de
wet van 11 april 1994 op grond waarvan een administratieve overheid
een vraag om inzage, uitleg of mededeling in afschrift van een
bestuursdocument moet afwijzen als zij heeft vastgesteld dat het belang
van de openbaarheid niet opweegt tegen de bescherming van de
opsporing of vervolging van strafbare feiten. Deze uitzonderingsgrond is
wel enkel van toepassing als de opsporing of vervolging van strafbare
feiten in het gedrang zou komen en na een afweging tussen enerzijds een
specifiek algemeen belang dat gediend is met de openbaarmaking en
anderzijds het beschermde belang. De Commissie is van mening dat in
casu er geen specifiek algemeen belang aanwezig is dat zwaarder zou
kunnen doorwegen op het beschermde belang, maar enkel een
particulier belang.

Het komt echter aan de FOD Financiën toe om te beoordelen of één of
meer uitzonderingsgronden kunnen worden ingeroepen en het inroepen
ervan in concreto te motiveren.

De Commissie wenst ten slotte te wijzen op het principe van de
gedeeltelijke openbaarmaking op grond waarvan slechts informatie in
                                                                  4

een bestuursdocument die onder een uitzonderingsgrond valt, aan de
openbaarmaking kan worden onttrokken. Alle andere informatie moet
openbaar worden gemaakt.


Brussel, 13 augustus 2012.




   F. SCHRAM                                          J. BAERT
   secretaris                                        voorzitter

transparencia/cadas/abelfedcadapub/advies-2012-60/start.txt · Dernière modification : 2020/09/28 23:41 de 127.0.0.1