Date: 13/8/2012

• Source: https://www.ibz.rrn.fgov.be/fr/commissions/publicite-de-ladministration/avis/2012/ADVIES-2012-56.pdf
• Copie locale: advies-2012-56.pdf

Commissie voor de toegang tot en het
hergebruik van bestuursdocumenten

      Afdeling openbaarheid van bestuur




                   13 augustus 2012




                 ADVIES 2012-56

met betrekking tot de toegang tot documenten m.b.t.
     geplande aankoop van NH-90-helikopters
                    (CTB/2012/50)
                                                                       2

   1. Een overzicht

Bij mail van 24 mei 2012 verzoekt de heer X aan het Ministerie van
Landsverdediging om toegang tot volgende documenten in de vorm van
elektronische afschriften: het rapport van de inspectie van financiën
betreffende de geplande aankoop van NH-90-helikopters alsook de e-
mails en andere documenten ter beschikking van de minister en/of het
ministerie hierover.

Bij brief van 20 juni 2012 weigert het Ministerie van Landsverdediging
de gevraagde bestuursdocumenten. Het stelt dat het gevraagde rapport
valt onder de bevoegdheid van de Federale Overheidsdienst Budget en
Beheerscontrole en dat de aanvrager zich tot die dienst moet wenden om
toegang te vragen. Bovendien wordt de vraag wat betreft de overige
documenten afgewezen, omdat ze te vaag geformuleerd zou zijn.

Omdat hij het niet eens is met dat standpunt, dient de heer X bij mail
van 19 juli 2012 een verzoek tot heroverweging in bij het Ministerie van
Landsverdediging. Diezelfde dag vraagt hij bij mail de Commissie voor de
toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten, afdeling
openbaarheid van bestuur, hierna Commissie genoemd, om een advies.


   2. Ontvankelijkheid

De Commissie is van mening dat het verzoek om advies ontvankelijk is.
Ze stelt immers vast dat de aanvrager heeft voldaan aan de wettelijke
vereiste van de gelijktijdigheid van het indienen van het verzoek tot
heroverweging aan het Ministerie van Landsverdediging en het verzoek
om advies aan de Commissie. Bovendien zijn de gevraagde documenten
geen documenten van persoonlijke aard, zodat de aanvrager geen belang
moet aantonen.
                                                                         3

   3. Gegrondheid

De Commissie is het niet eens met het Ministerie van Landsverdediging
dat het rapport moet worden opgevraagd bij de Federale Overheidsdienst
Budget en Beheerscontrole. Het is immers voldoende dat een federale
administratieve overheid in het bezit is van een bestuursdocument, opdat
deze ertoe gehouden zou zijn een beslissing te nemen over een vraag tot
openbaarmaking over dat document en over dient te gaan tot de
openbaarmaking ervan als er geen uitzonderingsgronden kunnen of
moeten worden ingeroepen. Eenzelfde bestuursdocument kan zich op
verschillende plaatsen bevinden en het komt de aanvrager toe te
beslissen bij welke administratieve overheid hij zijn aanvraag indient. De
wet van 11 april 1994 betreffende de openbaarheid van bestuur laat
slechts toe om door te verwijzen wanneer een federale administratieve
overheid niet over het gevraagde bestuursdocument beschikt.
Beschikken moet hier in principe worden begrepen in de zin dat een
administratieve overheid in het bezit is van het gevraagde
bestuursdocument.

Wat de aanvraag om toegang tot de overige documenten betreft geldt dat
de aanvraag duidelijk de betrokken aangelegenheid moet vermelden en,
waar mogelijk, de betrokken bestuursdocumenten (art. 5 van de wet van
11 april 1994). Er kan niet aan worden getwijfeld dat de betrokken
aangelegenheid door de aanvrager duidelijk werd geformuleerd.
Bovendien heeft de Commissie al vroeger gesteld dat het voldoende is als
een ambtenaar die voldoende vertrouwd is met de materie weet wat
bedoeld is (advies CTB/99/205). De Commissie is van mening dat dit in
casu het geval is en dat bijgevolg de uitzonderingsgrond van artikel 6, §
3, 4° van de wet van 11 april 1994 niet kan worden ingeroepen.

Dit belet niet dat eventueel andere uitzonderingsgronden kunnen of
moeten worden ingeroepen om de openbaarmaking van bepaalde
informatie te weigeren. Dit kan maar voor zover deze
uitzonderingsgronden een wettelijke grondslag hebben en het inroepen
ervan in concreto en op pertinente wijze kan worden gemotiveerd. Het
komt het Ministerie van Landsverdediging toe dat onderzoek uit te
voeren.

Ten slotte wenst de Commissie te wijzen op het principe van de
gedeeltelijke openbaarmaking op grond waarvan slechts informatie die
                                                                  4

onder een uitzonderingsgrond valt aan de openbaarmaking kan worden
onttrokken. Alle andere informatie in een bestuursdocument moet
openbaar worden gemaakt.


Brussel, 13 augustus 2012.




   F. SCHRAM                                          J. BAERT
   secretaris                                        voorzitter