transparencia:cadas:abelfedcadapub:advies-2011-314:start
Table des matières
Cadas > Cada fédérale > Publicité de l'administration > Avis
Advies 314
Over de weigering om toegang te verlenen tot de identiteit van een indiener van een fiscale klacht
Date: 10/10/2011
- Copie locale: advies-2011-314.pdf
Transposition
Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Afdeling openbaarheid van bestuur 10 oktober 2011 ADVIES 2011-314 over de weigering om toegang te verlenen tot de identiteit van een indiener van een fiscale klacht (CTB/2011/315) 2 1. Een overzicht Bij brief van 4 augustus 2011 vraagt de heer Patrick Bernard Martens, namens zijn cliënt, de heer X, om de identiteit van de klager te bevestigen of te bevestigen dat de klacht anoniem werd ingediend aan de FOD Financiën. Deze klacht vormde de aanleiding voor een vraag om inlichtingen vanwege de belastingdiensten, op 9 november 2009 gericht aan de heer Droogenbroot. Bij brief van 26 augustus 2011 verwerpt de FOD Financiën de aanvraag op grond van artikel 6, § 1, 8° van de wet van 11 april 1994 betreffende de openbaarheid van bestuur. Bij brief van 21 september 2011 dient de heer Patrick Bernard Martens, namens zijn cliënt een verzoek om advies in bij de Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten, afdeling openbaarheid van bestuur, hierna Commissie genoemd. Hij vermeldt ook dat hij tegelijkertijd een verzoek tot heroverweging bij de FOD Financiën heeft ingediend. Het secretariaat van de Commissie heeft een kopie van het document opgevraagd. Uit de mail van 29 september die aan de Commissie werd bezorgd blijkt dat de aanvrager de brief aan de Commissie aan de fiscale administratie heeft doorgestuurd en dat hij deze dan als zijn verzoek tot heroverweging beschouwt. 2. De ontvankelijkheid van de adviesaanvraag De Commissie stelt vast dat de aanvrager voldaan heeft aan de wettelijke vereiste van de gelijktijdigheid van het verzoek tot heroverweging en het verzoek om advies zoals gesteld in artikel 8, § 2 van de wet van 11 april 1994. 3. De gegrondheid van de adviesaanvraag Het gevraagde document moet worden beschouwd als een document van persoonlijke aard. Voor de toegang tot een document tot persoonlijke aard moet de aanvrager het vereiste belang hebben. Omdat hij toegang wil tot de klacht die tegen zijn cliënt werd ingediend bij de FOD Financiën is de Commissie van mening dat de aanvrager het door de wet vereiste belang heeft. 3 De Commissie is het eens met de FOD Financiën dat de identiteit van een klager die het document of de inlichting vertrouwelijk aan de administratieve overheid heeft meegedeeld ter aangifte van een strafbaar of strafbaar geacht feit niet openbaar mag worden gemaakt. De klager heeft deze informatie vertrouwelijk aan de FOD Financiën verstrekt en deze had betrekking op fiscale fraude. De Commissie ziet evenmin in dat er een openbaar belang zou zijn dat zwaarder doorweegt dan het belang dat wordt beschermd op grond van artikel 6, § 1, 8° van de wet van 11 april 1994. Bovendien is de Commissie van mening dat de identiteit van de klager moet worden beschermd op grond van artikel 6, § 2, 1° op grond waarvan een federale administratieve overheid de openbaarmaking moet weigeren wanneer de vraag om inzage, uitleg of mededeling in afschrift van een bestuursdocument, die met toepassing van deze wet is gedaan, afbreuk doet aan de persoonlijke levenssfeer, tenzij de betrokken persoon met de inzage, de uitleg of de mededeling in afschrift heeft ingestemd. Het is immers de duidelijke bedoeling van de aanvrager om een strafprocedure op te starten tegen deze klager, uitgaande van een niet op concrete aanwijzingen gestoeld verband tussen enerzijds de klacht inzake fiscale fraude en anderzijds het toebrengen van schade aan de wagen van zijn cliënt. Er kan in de gegeven omstandigheden dan ook niet worden ontkend dat de openbaarmaking van de identiteit van de klager dus wel degelijk een inbreuk zou uitmaken op de persoonlijke levenssfeer van die klager. Ook die reden moet de openbaarmaking van de identiteit worden geweigerd. Niets verhindert natuurlijk dat de aanvrager een klacht tegen onbekenden bij het parket indient. Brussel, 10 oktober 2011. F. SCHRAM J. BAERT secretaris voorzitter
transparencia/cadas/abelfedcadapub/advies-2011-314/start.txt · Dernière modification : 2020/09/28 23:41 de 127.0.0.1