Date: 11/4/2011

• Source: https://www.ibz.rrn.fgov.be/fr/commissions/publicite-de-ladministration/avis/2011/ADVIES-2011-181.pdf
• Copie locale: advies-2011-181.pdf

Commissie voor de toegang tot en het
hergebruik van bestuursdocumenten

    Afdeling openbaarheid van bestuur




                   11 april 2011




               ADVIES 2011-181

  Vraag of het al dan niet betaald zijn van een
 administratieve boete mag worden meegedeeld
                  (CTB/2011/145)
                                                                        2

   1. Een overzicht

Op 16 maart 2011 vroeg de juridische dienst van de FOD
Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu om het
advies van de Commissie over de volgende vraag: “Mogen wij derden
meedelen dat een voorgestelde administratieve boete die door de
Juridische Dienst werd voorgesteld al dan niet betaald werd?”

   2. De ontvankelijkheid van de adviesaanvraag

De Commissie stelt vast dat de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de
Voedselketen en Leefmilieu een beroep doet op de Commissie op grond
van artikel 8, § 3 van de wet van 11 april 1994 betreffende de
openbaarheid van bestuur. Deze bepaling maakt het een federale
administratieve overheid mogelijk om zich tot de Commissie te wenden
om een advies te verkrijgen over de interpretatie van de
openbaarheidswetgeving. Er kan geen twijfel over bestaan dat de FOD
Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu een
federale administratieve overheid is in de zin van de wet van 11 april
1994.

De Commissie heeft echter geoordeeld dat zij in dit kader enkel kan
ingaan op de algemene interpretatie van de wetgeving en dit in abstracto,
dit in tegenstelling tot wanneer de Commissie wordt gevat op grond van
artikel 8, § 2 van de wet van 11 april 1994. De Commissie kan immers
niet in de plaats treden van een federale administratieve overheid
wanneer deze een vraag om toegang ontvangt, noch kan zij zich
uitspreken in een zaak die haar later in het kader van de administratieve
beroepsprocedure van artikel 8, § 2 van de wet van 11 april 1994 zou
worden voorgelegd.

De adviesaanvraag is dan ook niet ontvankelijk voor zover ze op een
concrete vraag om toegang tot een bestuursdocument betrekking heeft.

   3. De gegrondheid van de adviesaanvraag

De Commissie wenst er op te wijzen dat de wet van 11 april 1994
betreffende de openbaarheid van bestuur een recht van toegang tot
bestuursdocumenten toekent en geen recht op informatie die losstaat van
                                                                         3

een drager. Een bestuursdocument is om het even welke informatie
ongeacht de vorm waarover een administratieve overheid beschikt.

De Commissie wenst verder op te merken dat, los van de vraag of deze
uitzonderingsgrond hier kan toegepast worden, de uitzonderingsgrond in
artikel 6, § 2, 1° (persoonlijke levenssfeer) van de wet van 11 april 1994
betreffende de openbaarheid van bestuur enkel kan worden ingeroepen
ten aanzien van natuurlijke personen en dus niet ten aanzien van
rechtspersonen. Deze uitzonderingsgrond bepaalt dat een federale en
niet federale administratieve overheid de vraag om inzage, uitleg of
mededeling in afschrift van een bestuursdocument, die met toepassing
van deze wet is gedaan, afwijst, wanneer de openbaarmaking van het
bestuursdocument afbreuk doet aan de persoonlijke levenssfeer, tenzij de
betrokken persoon met de inzage, de uitleg of de mededeling in afschrift
heeft ingestemd.




Brussel, 11 april 2011.




   F. SCHRAM                                               J. BAERT
   secretaris                                              voorzitter