Cadas > Cada fédérale > Publicité de l'administration > Avis
Date: 19/08/2019
Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Afdeling openbaarheid van bestuur 19 augustus 2019 ADVIES 2019-93 met betrekking tot het verkrijgen van een afschrift van de volledige tekst van de examenopgaven en oplossingen over een meerkeuze-examen (CTB/2019/88) 2 1. Een overzicht 1.1. Bij e-mail van 4 juli 2019 vraagt mevrouw X aan de FOD Financiën om mededeling in afschrift van de volledige tekst van de examenopgaven en oplossingen nadat er ingegaan werd op haar vraag van 3 juni 2019 om haar inzage te verlenen in haar meerkeuze-examen van 22 februari 2019 BNG18086. 1.2. Bij e-mail van 10 juli 2019 wijst de aanvraagster erop dat zij nog steeds geen feedback heeft ontvangen op haar opmerkingen die ze noteerde op het opmerkingenblad bij de inzage van begin juli. 1.3. Bij e-mail van 11 juli 2019 antwoordt de FOD Financiën dat alle fiches zijn doorgestuurd naar de verantwoordelijken van de vragenlijst. 1.4. Bij e-mail van 12 juli 2019 herinnert de aanvraagster de FOD Financiën aan haar verzoek. 1.5. Bij e-mail van 17 juli 2019 herinnert de aanvraagster de FOD Financiën er opnieuw aan dat ze nog altijd geen feedback heeft ontvangen. 1.6. Bij e-mail van 1 augustus 2019 dient de aanvraagster een verzoek tot heroverweging in bij de FOD Financiën. Bij e-mail en brief van dezelfde dag vraagt zij de Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten, afdeling openbaarheid van bestuur, hierna Commissie genaamd, om een advies. 1.7. Bij e-mail van 5 augustus 2019 dient de aanvraagster een nieuw verzoek tot heroverweging in bij de FOD Financiën. Bij e-mail en brief van dezelfde dag verzoekt de aanvraagster de Commissie om een advies. 2. De ontvankelijkheid van de aanvraag De Commissie is van oordeel dat het verzoek om advies ontvankelijk is voor zover het betrekking heeft op het verkrijgen van een afschrift van de volledige tekst van de examenopgaven en oplossingen BNG18086. Er is immers voldaan aan de gelijktijdigheid van het verzoek tot heroverweging bij de FOD Financiën en het verzoek om advies aan de Commissie zoals artikel 8, § 2 van de wet van 11 april 1994 ‘betreffende de openbaarheid van bestuur’ voorschrijft. 3 3. De gegrondheid van de aanvraag Artikel 32 van de Grondwet en de wet van 11 april 1994 huldigen principieel het recht van toegang tot alle bestuursdocumenten. De toegang tot bestuursdocumenten kan slechts worden geweigerd wanneer één of meer uitzonderingsgronden kunnen of moeten worden ingeroepen die zich bevinden in artikel 6 van de wet van 11 april 1994 en dit inroepen in concreto en op pertinente wijze kan worden gemotiveerd. Slechts uitzonderingsgronden die bij wet zijn opgelegd kunnen worden ingeroepen en bovendien geldt dat ze beperkend geïnterpreteerd moeten worden (Arbitragehof, arrest nr. 17/97 van 25 maart 1997, overweging B.2.1 en 2.2 en Arbitragehof, arrest nr. 150/2004 van 15 september 2004, overweging B.3.2). De Commissie wenst wel op te merken dat het verkrijgen van feedback niet op grond van de wet van 11 april 1994 kan worden afgedwongen, tenzij deze feedback zich reeds in een bestaand bestuursdocument bevindt. Het recht van uitleg zoals gegarandeerd in de wet van 11 april 1994 gaat maar zover dat zij een verduidelijking inhoudt van wat de tekst van een bestuursdocument bevat, maar geen verantwoording van de inhoud van die tekst. Voor zover de FOD Financiën met betrekking tot de gevraagde bestuursdocumenten geen uitzonderingen moet of kan inroepen die hun grondslag vinden in artikel 6 van de wet van 11 april 1994 en ze dit inroepen in concreto en op pertinente wijze motiveert, is ze ertoe gehouden om de gevraagde bestuursdocumenten openbaar te maken. De Commissie ziet niet onmiddellijk in welke uitzonderingsgronden ingeroepen zouden kunnen worden. 4 De Commissie wenst wel op te merken dat voor zover de examenopgaven en oplossingen moeten worden opgevat als een auteursrechtelijk beschermd werk in de zin van Boek XI, Titel 5 van het Wetboek van Economisch Recht, de toegang in de vorm van een kopie onderworpen is aan de toestemming van de auteursrechthebbende. De Commissie heeft echter in eerdere adviezen geoordeeld dat dit enkel het geval is voor zover de auteursrechthebbende een derde is en het auteursrecht niet in handen is van de overheid. Brussel, 19 augustus 2019. F. SCHRAM K. LEUS secretaris voorzitster