Cadas > Cada fédérale > Publicité de l'administration > Avis
Date: 1/04/2019
Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Afdeling openbaarheid van bestuur 1 april 2019 ADVIES 2019-24 met betrekking tot het verkrijgen van vertrouwelijke documenten en het gebruik van een vertrouwelijkheidsverklaring (CTB/2019/19) 2 1. Een overzicht Bij brief van 22 februari 2019 verzoekt het Federaal Agentschap voor Beroepsrisico’s aan de Commissie om een advies over haar model van vertrouwelijkheidsverklaring. Aanleiding was een vraag van een studente om voor haar eindwerk vertrouwelijke documenten van het beheerscomité voor de beroepsziekten te krijgen m.b.t. de oprichting van het Asbestfonds en gevolg gevend aan de beslissing die genomen werd in het algemeen beheerscomité van Fedris, waarbij een model van vertrouwelijkheidsverklaring werd opgesteld. Om dit model van verklaring te veralgemenen voor alle sectoren waarin Fedris actief is, werd door het beheerscomité gevraagd om de vertrouwelijkheidsverklaring voor advies over de inhoud ervan en het gebruik van dit model voor te leggen aan de Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten, hierna Commissie genoemd. 2. De ontvankelijkheid van de adviesaanvraag Artikel 8, § 3 van de wet van de wet van 11 april 1994 ‘betreffende de openbaarheid van bestuur’ (hierna: wet van 11 april 1994) bepaalt dat een federale administratieve overheid om een advies kan vragen aan de Commissie. De Commissie heeft geoordeeld dat dit slechts mogelijk is met betrekking tot de algemene interpretatie van de wet van 11 april 1994 en niet met betrekking tot een concrete aanvraag tot openbaarmaking van een bestuursdocument. De Commissie is van oordeel dat aan deze voorwaarden is voldaan. Het verzoek om advies is bijgevolg ontvankelijk. 3. Het advies De Commissie wil erop wijzen dat de bestaande wet van 11 april 1994 enkel de mogelijkheid bevat om de openbaarmaking toe te staan of om de openbaarmaking van bepaalde informatie in een bestuursdocument of van het volledige bestuursdocument te weigeren. Als één of meer inhoudelijke uitzonderingsgronden (artikel 6, §§ 1 en 2 van de wet van 11 april 1994) van toepassing is/zijn op bepaalde informatie in een bestuursdocument moet de openbaarmaking worden geweigerd. Het betreft hier immers verplichte uitzonderingsgronden. Gaat het om een uitzonderingsgrond in artikel 6, § 3 dan kan een federale administratieve overheid de openbaarmaking weigeren. Het betreft immers in dit geval een facultatieve uitzonderingsgrond. Bovendien is het zo dat in de mate een 3 aanvrager op grond van een door hem aangetoond belang toegang heeft gekregen tot een bestuursdocument van persoonlijke aard, die toegang enkel voor hemzelf geldt en derhalve geen openbaarheid aan een ander verschaft. Wanneer tot het verschaffen van toegang wordt besloten, dan kunnen in de huidige stand van de wetgeving geen bijkomende voorwaarden worden opgelegd. Het verplicht laten ondertekenen van een vertrouwelijkheidsverklaring behoort dus niet tot de mogelijkheden. Tot slot kunnen bijkomende voorwaarden eventueel wel worden opgelegd voor zover het gaat om het hergebruik van een bestuursdocument. Hergebruik moet volgens de wet van 4 mei 2016 ‘inzake het hergebruik van overheidsinformatie’ (hierna wet van 4 mei 2016) worden begrepen als “het gebruik van bestuursdocumenten waarover de overheden beschikken, voor commerciële of niet-commerciële doeleinden andere dan het oorspronkelijke doel van het vervullen van openbare taken waarvoor de bestuursdocumenten zijn geproduceerd.”. De voorwaarden voor hergebruik mogen de mogelijkheden van hergebruik niet nodeloos beperken, maar ook hier geldt dat voor zover één of meerdere van de hiervoor besproken uitzonderingsgronden van toepassing zijn, het hergebruik op grond van de wet van 4 mei 2016 uitgesloten is. Brussel, 1 april 2019. F. SCHRAM K. LEUS secretaris voorzitster