Cadas > Cada fédérale > Publicité de l'administration > Avis
Date: 17/10/2019
Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Afdeling openbaarheid van bestuur 17 oktober 2019 ADVIES 2019-122 met betrekking tot het verkrijgen van een kopie van het administratief dossier en van informatie die op een beslissing betrekking heeft (CTB/2019/117) 2 1. Een overzicht 1.1. Bij brief van 17 juni 2019 vraagt de heer X aan de FOD Sociale Zekerheid om een volledig afschrift bij voorkeur via elektronische kopie/scan van het dossier dat van ambtswege op 3 augustus 2017 werd gestart en resulteerde in de beslissing van 29 mei 2019 – 0024/JYS met inbegrip van handgeschreven of digitale nota’s. Hij wenst eventueel ook documenten die vóór 3 augustus 2017 werden opgemaakt onder dezelfde omstandigheden te verkrijgen. Verder wenst hij “inlichting/uitleg daarbij in de vorm van een nominatieve lijst met functie van de betrokkenen bij de beslissing van 29 mei 2019”. Hij meldt dat “dit verzoek geen enkele toepassing inhoudt van de absolute of relatieve openbaarheid, zodat onverwijld aan het gevraagde toegangsrecht kan worden voldaan”. 1.2. Omdat hij geen reactie ontvangt binnen de door de wet van 11 april 1994 ‘betreffende de openbaarheid van bestuur’ (hierna: wet van 11 april 1994) bepaalde termijn, verzoekt de aanvraagster de Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten, afdeling openbaarheid van bestuur, hierna Commissie genaamd, bij e-mail op 20 juli 2019 om een advies. Hij verzoekt de FOD Sociale Zekerheid bij brief gedateerd op 15 juli – maar waarvan op het origineel blijkt dat die datum werd geschrapt en vervangen door 20 juli 2019. Uit postbewijzen blijkt dat de aanvrager beide brieven heeft verstuurd op 20 juli 2019. 1.3. De Commissie heeft in haar advies nr. 2019-90 van 19 augustus 2019 geoordeeld dat het verzoek om advies ontvankelijk en deels gegrond was voor zover de aanvraag betrekking had op het ontvangen van een kopie van zijn administratief dossier. 1.4. Omdat hij geen reactie ontvangt op het verzoek tot heroverweging dient de aanvrager bij brief van 1 oktober 2019 een nieuw verzoek tot heroverweging in. Bij brief van dezelfde datum verzoekt hij de Commissie om een advies. 3 2. De ontvankelijkheid van de aanvraag De Commissie is van oordeel dat het verzoek om advies niet ontvankelijk is. Ze stelt immers vast dat het nieuwe verzoek tot heroverweging en de nieuwe adviesaanvraag gericht zijn tegen een impliciete weigering over het eerste verzoek tot heroverweging. Een beroep tegen een weigeringsbeslissing over een verzoek tot heroverweging kan enkel worden ingediend bij de Raad van State. De Commissie is hoe dan ook onbevoegd. Brussel, 17 oktober 2019. F. SCHRAM K. LEUS secretaris voorzitster