Cadas > Cada fédérale > Publicité de l'administration > Avis
Date: 18/4/2016
Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Afdeling openbaarheid van bestuur 18 april 2016 ADVIES 2016-42 met betrekking tot de weigering om toegang te verlenen tot een gemeentelijk politiereglement (CTB/2016/39) 2 1. Een overzicht Bij mail van 27 oktober 2015 vroeg de heer X aan de gemeente Tremelo om inzage te bekomen van het gemeentelijk politiereglement Horeca van 3 juli 2001. Op 21 januari 2016 dient hij bij de gemeente Tremolo een zgn. ingebrekestelling in. Omdat hij geen reactie ontving op zijn verzoek noch op zijn zgn. ingebrekestelling diende hij op 25 januari 2016 een beroep in bij de Vlaamse beroepsinstantie openbaarheid van bestuur en hergebruik overheidsinformatie, afdeling openbaarheid van bestuur. In haar beslissing OVB/2016/14 van 17 februari 2016 achtte de beroepsinstantie het beroep niet ontvankelijk, omdat de vraag betrekking heeft op een document dat verband houdt met bevoegdheden die niet aan de gewesten zijn overgedragen. In casu heeft de vraag betrekking op een gemeenteraadsbesluit dat is genomen op grond van artikel 135, § 2 van de nieuwe gemeentewet. Bij brief van 2 april 2016 dient de heer X ‘een verzoek tot heroverweging’ in bij de gemeente Tremelo. Bij brief van 2 april 2016, verstuurd op 8 april 2016 bij e-mail, verzoekt hij de Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten, afdeling openbaarheid van bestuur, hierna Commissie genoemd, om een advies. 2. De ontvankelijkheid van de adviesaanvraag De adviesaanvraag is niet ontvankelijk aangezien de aanvrager niet voldaan heeft aan de vereiste van de gelijktijdigheid van het verzoek tot heroverweging aan de gemeente Tremelo en het verzoek om advies aan de Commissie zoals artikel 9, § 1 van de wet van 12 november 1997 betreffende de openbaarheid van bestuur in de provincies en gemeenten voorschrijft. Het verzoek tot heroverweging in de zin van artikel 9, § 1 van de wet van 12 november 1997 is immers de communicatie waarin de verzoeker aan de gemeente vooralsnog toegang vraagt tot een bestuursdocument tegen de weigeringsbeslissing van de gemeente of tegen het ontbreken van een beslissing binnen de door de wetgever gestelde termijn. Aan die voorwaarde voldoet de zogenaamde ingebrekestelling van 21 januari 2016. Op dat moment werd niet om het 3 advies van de Commissie verzocht. Door die handeling is echter door het verstrijken van de termijn van 40 dagen een stilzwijgende weigeringsbeslissing tot stand gekomen over het verzoek tot heroverweging, waartegen slechts een beroep bij de Raad van State mogelijk is. Niets verhindert evenwel dat de aanvrager de procedure volledig overdoet en wanneer hij opnieuw geconfronteerd wordt met een weigeringsbeslissing de correcte administratieve beroepsprocedure in te stellen die inhoudt dat hij tegelijkertijd een verzoek tot heroverweging aan de gemeente en een verzoek om advies aan de Commissie richt. Brussel, 18 april 2016. F. SCHRAM M. BAGUET secretaris voorzitster