Cadas > Cada fédérale > Publicité de l'administration > Avis
Date: 2/2/2015
Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Afdeling openbaarheid van bestuur 2 februari 2015 ADVIES 2015-10 met betrekking tot de weigering om nadere toelichting te geven over de motieven op grond waarvan een beslissing werd genomen (CTB/2015/6) 2 1. Een overzicht Bij mail van 9 november 2014 vraagt de heer X aan de RVA om een volledig afschrift van het administratieve dossier met referentienummer: 71112/Art.51/SG en C29/711/22/2014/07901, meer bepaald: 1. de briefwisseling inclusief de stukken/bijlage tussen de dienst en De Polder nv.; 2. alle stukken waar de dienst zich op baseert en steunt in haar beslissing over zijn dossier; 3. alle andere, niet door de aanvrager vermelde stukken die deel uitmaken van het dossier. Verder vraagt hij de RVA om hem te willen uitnodigen en hem mondeling uitleg te verstrekken over de genomen beslissing. Bij brief van 2 december 2014 heeft de RVA aan de aanvrager alle gevraagde documenten bezorgd. Omdat de aanvrager echter geen uitnodiging heeft ontvangen om hem mondeling uitleg te verschaffen over de door de RVA genomen beslissing, dient de heer X bij mail van 22 januari 2014 een verzoek tot heroverweging in. Bij mail van dezelfde dag dient hij ook een verzoek om advies in bij de Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten, afdeling openbaarheid van bestuur, hierna Commissie genoemd. 2. De ontvankelijkheid van de adviesaanvraag De Commissie is van oordeel dat de adviesaanvraag ontvankelijk is. Het verzoek tot heroverweging aan de RVA en het verzoek om advies aan de Commissie werden immers tegelijkertijd ingediend zoals artikel 8, § 2 van de wet van 11 april 1994 betreffende de openbaarheid van bestuur voorschrijft. 3. De gegrondheid van de adviesaanvraag De Commissie merkt vooraf op dat de vraag om advies enkel betrekking heeft op het feit dat de RVA hem vooralsnog niet heeft uitgenodigd om hem mondeling uitleg te verstrekken over de genomen beslissing. Hij heeft immers de gevraagde bestuursdocumenten al ontvangen. 3 In dit verband stelt de Commissie vast dat op grond van artikel 4 van de wet van 11 april 1994 het recht op het raadplegen van een bestuursdocument van een federale administratieve overheid en op het ontvangen van een afschrift van het document erin bestaat dat eenieder, volgens de voorwaarden bepaald in deze wet, elk bestuursdocument ter plaatse kan inzien, dienomtrent uitleg kan krijgen en mededeling in afschrift ervan kan ontvangen. Het recht op uitleg moet de aanvrager in staat stellen om de inhoud van een bestuursdocument te begrijpen, maar houdt niet in dat de aanvrager een genomen beslissing kan bediscussiëren of een motivering van de motieven zou kunnen eisen. Het is duidelijk uit de briefwisseling dat dit net het oogmerk is van de aanvrager. Aangezien de wet van 11 april 1994 dit niet garandeert, is de aanvraag niet gegrond. Brussel, 2 februari 2015. F. SCHRAM M. BAGUET secretaris voorzitster