Cadas > Cada fédérale > Publicité de l'administration > Avis
Date: 11/6/2012
Commissie voor de toegang tot en het
hergebruik van bestuursdocumenten
Afdeling openbaarheid van bestuur
11 juni 2012
ADVIES 2012-40
met betrekking tot de toegang tot documenten in een
fiscaal dossier van een derde
(CTB/2012/36)
2
1. Een overzicht
Bij brief van 25 april 2012 verzoekt de heer X, afgevaardigd-bestuurder
van de N.V. Hocké om inzage en afschrift van de bestuursdocumenten
die door de Administratie van de Ondernemings- en Inkomensfiscaliteit
– sector BTW en sector Inkomstenbelastingen genomen werden ten
opzichte van de rechtspersoon met KBO-nummer 0427.328.649 en dit
van 1985 tot nu.
Omdat hij geen reactie krijgt op zijn verzoek om toegang, dient hij bij
brief van 1 juni 2012 een verzoek tot heroverweging in bij de FOD
Financiën. Diezelfde dag vraagt hij bij mail de Commissie voor de
toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten, afdeling
openbaarheid van bestuur, hierna Commissie genoemd, om een advies.
2. Ontvankelijkheid
De Commissie is van mening dat het verzoek om advies ontvankelijk is.
Er is immers voldaan aan de vereiste van de gelijktijdigheid van het
verzoek tot heroverweging aan de FOD Financiën en het verzoek om
advies aan de Commissie.
3. Gegrondheid
Artikel 32 van de Grondwet en de wet van 11 april 1994 betreffende de
openbaarheid van bestuur gaan uit van de principiële openbaarheid van
alle bestuursdocumenten. Een bestuursdocument is volgens artikel 1,
tweede lid, 2° van de wet van 11 april 1994alle informatie waarover een
administratieve overheid beschikt. De toegang tot de gevraagde lijst kan
enkel worden geweigerd wanneer de FOD Financiên één of meer
uitzonderingsgronden inroept aanwezig in artikel 6 van de wet van 11
april 1994 en het inroepen ervan op pertinente wijze en in concreto
motiveert. Voor zover dit niet het geval is, is de FOD Financiên ertoe
gehouden de gevraagde lijst openbaar te maken op de wijze zoals
gevraagd.
De Commissie wil opmerken dat voor zover de gevraagde informatie als
documenten van persoonlijke aard zou kunnen worden gekwalificeerd,
de aanvrager niet het belang aantoont dat vereist is om toegang te krijgen
3
tot documenten die op een bepaalde natuurlijke persoon betrekking
zouden hebben.
Bovendien wil de Commissie wijzen op het feit dat de gevraagde
bestuursdocumenten betrekking hebben op een andere rechtspersoon
dan de aanvrager. In dit geval moet de fiscale administratie rekening
houden met artikel 93bis van het Wetboek van de belasting op de
toegevoegde waarde dat luidt:
Hij die, uit welken hoofde ook, optreedt bij de toepassing van de
belastingwetten of die toegang heeft tot de ambtsvertrekken van de
administratie van de belasting over de toegevoegde waarde, registratie en
domeinen, is, buiten het uitoefenen van zijn ambt, verplicht tot de meest
volstrekte geheimhouding aangaande alle zaken waarvan hij wegens de
uitvoering van zijn opdracht kennis heeft.
De ambtenaren van de Administratie van de belasting over de
toegevoegde waarde, registratie en domeinen, oefenen hun ambt uit
wanneer zij aan andere administratieve diensten van de Staat, aan de
administraties van de Gemeenschappen en de Gewesten van de Belgische
Staat, aan de parketten en de griffies van de hoven, van de rechtbanken
en van alle rechtsmachten, en aan de openbare instellingen of
organismen inlichtingen verstrekken. De inlichtingen worden aan de
bovengenoemde diensten verstrekt voor zover zij nodig zijn om de
uitvoering van hun wettelijke of bestuursrechtelijke taken te verzekeren.
Dit verstrekken van inlichtingen moet gebeuren met inachtneming van
de bepalingen van de ter zake door de Europese Gemeenschappen
uitgevaardigde reglementering.
Personen die deel uitmaken van diensten waaraan de Administratie van
de belasting over de toegevoegde waarde, registratie en domeinen,
ingevolge het vorige lid inlichtingen van fiscale aard heeft verstrekt, zijn
tot dezelfde geheimhouding verplicht en mogen de bekomen inlichtingen
niet gebruiken buiten het kader van de wettelijke bepalingen voor de
uitvoering waarvan zij zijn verstrekt.
Onder openbare instellingen of inrichtingen dienen verstaan de
instellingen, maatschappijen, verenigingen, inrichtingen en diensten
welke de Staat mede beheert, waaraan de Staat een waarborg verstrekt,
op welker bedrijvigheid de Staat toezicht uitoefent of waarvan het
bestuurspersoneel aangewezen wordt door de regering, op haar
voordracht of met haar goedkeuring.
4
De bedoeling van deze bepaling is om te verhinderen dat derden toegang
zouden krijgen tot informatie die aan de fiscus werd verstrekt en door de
fiscus werd opgesteld met betrekking tot belastingplichtigen zoals de
Raad van State in het verleden reeds heeft aangenomen (zie onder meer
R.v.St., arrest nr. 156.628 van 20 maart 2006). Aangezien in casu de N.V.
Hocké toegang vraagt tot gegevens van een derde moet de fiscale
administratie de toegang weigeren aangezien de openbaarmaking
afbreuk zou doen aan het door het fiscaal geheim beoogde doel.
Brussel, 11 juni 2012.
F. SCHRAM J. BAERT
secretaris voorzitter