Cadas > Cada fédérale > Publicité de l'administration > Avis
Date: 19/10/2009
Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten Afdeling openbaarheid van bestuur 19 oktober 2009 ADVIES 2009-67 over de impliciete weigering om toegang te verlenen tot een interventieverslag van de Federale Politie (CTB/2009/72) 2 1. Een overzicht Bij brief van 17 juli 2009 vroeg dhr. X aan de Federale Politie van Oudenaarde om kopie en uitleg over de interventie van de Federale Politie op 16 juni 2008 in de SI Oudenaarde met betrekking tot hemzelf. Omdat aan zijn verzoek om toegang geen gevolg werd gegeven binnen de door de wet vastgestelde termijn, diende hij bij brief van 6 september 2009 een verzoek om advies in bij de Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten, afdeling openbaarheid van bestuur, hierna de Commissie genoemd. Dit verzoek bereikte het secretariaat van de Commissie op 8 september 2009. Bij een eerste onderzoek werd vastgesteld dat het verzoek tot heroverweging gericht aan de Federale Politie als datum 17 september 2009 droeg. Het secretariaat wees de aanvrager bij brief van 9 september 2009 op de vereiste van de gelijktijdigheid. Bij brief van 11 september 2009 werden aanvullende documenten bezorgd waaruit bleek dat er effectief op 6 september ook een verzoek tot heroverweging werd ingediend bij de Federale Politie. 2. De ontvankelijkheid van de adviesaanvraag De Commissie stelt vast dat aan de wettelijke vereiste van de gelijktijdigheid waaraan het verzoek tot heroverweging en het verzoek om advies moeten voldoen, is voldaan. Het gevraagde bestuursdocument moet worden gekwalificeerd als een document van persoonlijke aard omdat het moet worden gekwalificeerd als “een bestuursdocument dat een beoordeling of een waardeoordeel bevat van een met naam genoemd of gemakkelijk identificeerbaar natuurlijk persoon of de beschrijving van een gedrag waarvan het ruchtbaar maken aan die persoon kennelijk nadeel kan berokkenen” (art. 1, tweede lid, 3° van de wet van 11 april 1994 betreffende de openbaarheid van bestuur). Voor zover de informatie betrekking heeft op de aanvrager oordeelt de Commissie dat hij het nodige belang heeft om de toegang tot het gevraagde bestuursdocument te krijgen. Voor zover echter er in het gevraagde bestuursdocument echter nog informatie zou zijn opgenomen die betrekking heeft op derden, dient hij echter het vereiste belang aan te 3 tonen. De aanvrager toont voor zover dergelijke informatie zou aanwezig zijn, niet aan dat hij daartoe het vereiste belang vertoont. 3. De gegrondheid van de adviesaanvraag Artikel 32 van de Grondwet en de wet van 11 april 1994 betreffende de openbaarheid van bestuur gaan uit van de principiële openbaarheid van alle bestuursdocumenten. Voor zover het gevraagde document als een bestuursdocument moet worden gekwalificeerd en niet als een gerechtelijk document en voor zover het document ook bestaat, moet de federale politie het gevraagde document openbaar maken op de wijze die is gevraagd door de verzoeker. Slechts wanneer de federale politie uitzonderingsgronden inroept die hun grondslag vinden in de wet van 11 april 1994 en dit in concreto en op pertinente wijze kan motiveren, moet of kan zij de openbaarmaking weigeren. Bovendien kan slechts die informatie in een bestuursdocumenten aan de openbaarmaking worden onttrokken, voor zover deze onder een uitzonderingsgrond valt. Alle andere informatie moet openbaar worden gemaakt. Brussel, 19 oktober 2009. F. SCHRAM J. BAERT secretaris voorzitter